Persbericht – Gemiste kans: vertrokken voor derde legislatuur van Oosterweelmiserie

jul 23, 2014 | Democratie, Oosterweel, Publicaties, Media & Events

23 juli 2014
Open Vld mist vandaag kans om positief te wegen op grootste infrastructuurdossier van de legislatuur en kijkt o.a. naar actiegroepen om de Oosterweelverbinding tegen te houden.
Nieuw is deze situatie niet: dit sjabloon van ‘2 verblinde partijen pro en 1 gewillige partij contra’ herhaalt zich voor een derde keer. De herhaling van het sjabloon illustreert andermaal het inmiddels bekende adagium: het middenveld bepaalt de richting, de politiek het tempo (en dat tempo valt nu dus weer stil).
In het nieuwe Vlaamse regeerakkoord lezen we volgende passages over het Oosterweeldossier:
“Masterplan Antwerpen
In onze ambities voor het Masterplan 2020 bouwen we, gezien het grote economische belang voor Vlaanderen, prioritair de derde Scheldekruising. We voeren hiermee de beslissing van de vorige Vlaamse Regering uit.”
Wat hiermee concreet wordt bedoeld lezen we onder:
“Grote infrastructuurwerken
De prioritaire PPS-infrastructuurprojecten zijn:
* Oosterweel, R11 bis en A102″
De drie regeringspartijen engageren zich dus tot het bouwen van de Oosterweelverbinding, waarvoor inmiddels ook de GRUP-procedure (uitvoeringsplan) is opgestart. Alternatieven doen niet meer mee aan de procedures. Regeringspartijen die iets anders zouden beweren liegen.
Over het overkappen van de Antwerpse ring lezen we dit in het regeerakkoord:
“We werken een programma van milderende maatregelen uit. Voor de Antwerpse Ring onderzoeken we de mogelijkheden om de barrièrewerking van de Ring op te heffen met overkappingen.”
De overkapping van de Antwerpse ring wordt beschouwd als een ‘milderende maatregel’ en niet als het uitgangspunt, zoals Ringland bepleit. Als gevolg daarvan moet de overkapping zich inschrijven in de logica van de Oosterweelverbinding, en niet omgekeerd. Dit betekent dat Antwerpen hooguit zal eindigen met een overkapping die de aanleg van de Oosterweelverbinding niet in het gedrang brengt. En dat betekent dat er geen Ringland komt. Om dit te concluderen hebben we geen ‘bijkomend’ onderzoek nodig. Het is al diverse keren bestudeerd en staat ook te lezen in diverse rapporten, o.a. in het kennisgevingsdocument bij de plan-MER A102/R11bis (december 2013), waarin studiegroep Antea het volgende stelde:

dwarsprofiel ring
De Oosterweelverbinding is ‘niet compatibel’ met Ringland, ook wel het UBR-concept (Uit de Ban van de Ring) genoemd.
Open Vld leest bovenstaande passages uit het regeerakkoord misschien anders dan de twee overige regeringspartijen, maar in werkelijkheid zijn er geen twee lecturen mogelijk: de passages zijn ondubbelzinnig. Eenzelfde spagaat hanteerde de partij ook al binnen het Antwerpse college, bij goedkeuringen van stedelijke adviezen in het dossier – maar een stedelijk advies is nog iets anders dan een regeerakkoord.
Dat is jammer en, vooral, een gemiste kans, gelet op de vaststelling dat Open Vld in deze fase wel degelijk het politieke gewicht had om meer uit de brand te slepen. De partij lag al sinds 25 mei ‘in het midden van het bed’, d.w.z. dat een federale regering (tripartite of Zweedse meerderheid) slechts tot stand kon komen mét de Open Vld. Vandaar dat partijvoorzitster Gwendoly Rutten het been stijf kon houden: Open Vld mee op federaal én Vlaams niveau, of helemaal niet.
Open Vld had dus andere passages over de Oosterweelverbinding kunnen bekomen, maar opteerde ervoor om dat niet te doen. Dát daarvoor is geopteerd is op het niveau van politiek doorvertalen van eigen inzichten onbegrijpelijk, gelet op o.a. het volgende standpunt van de partij vóór de verkiezingen: ’‘Enkel door het Oosterweel-traject definitief te begraven kunnen we zorgen voor een oplossing die het fileleed aanpakt, en de toekomst van onze kinderen en kleinkinderen vrijwaart.’ Nagels met koppen was dat, en niets geeft aan dat de partij daar nu anders over denkt.
De analyse over het waarom van deze nieuwe positionering is voor later. Belangrijker nu is de analyse dat we afstevenen op een Vlaamse regering die ten derde male bestaat uit twee regeringspartijen die ‘pro’ het BAM-tracé ijveren en één regeringspartij die dat tracé liever niet gebouwd ziet maar voor het tegenhouden ervan actief rekent op krachten buiten de Vlaamse politiek, in eerste instantie de Antwerpse actiegroepen, verder ook parallelle procedures, Europa, rechtbanken, financiële struikelblokken en zo voort.
Tussen 2004 en 2009 waren CD&V en Open Vld pro, sp.a was contra. Dat laatste durfde de partij slechts openlijk zeggen na de bekendmaking van de Arup/SUM-studie in 2009. Tussen 2009 en 2014 waren CD&V en N-VA pro, sp.a was nog steeds contra. Compromissen van Lange Wapper light tot ringsleuven kwamen daardoor tot stand, maar het BAM-tracé bleef overeind. Een hoop sp.a-mandatarissen en nog meer sp.a-leden keken naar de actiegroepen om het tracé te bekampen. En nu start dus de derde ronde van meer van hetzelfde, met weer een andere politieke samenstelling maar eenzelfde dynamiek.
Die krachten buiten de politiek zullen inderdaad de klus klaren. Het Oosterweeldossier overleeft de procedures niet. Daarvoor zijn de belangenvermenging, het bewuste creëren van kennislacunes en de politieke machtsafwending gehanteerd bij opmaak van het plan-MER Oosterweel te groot.
Jammer voor Vlaanderen, en vooral jammer voor Antwerpen, dat een Vlaamse regering zich nu zelfs ten derde male (!) aan dezelfde steen stoot.
Voor stRaten-generaal en Ademloos
Manu Claeys en Wim van Hees
ds oosterweeltje

Geef uw mening via het onderstaande contactformulier