Persbericht – Vlaamse regering orkestreert toneelstuk om van bouwgroep Noriant af te geraken

sep 23, 2011 | Oosterweel

In afwachting van een ‘njet’ van Europa verliezen we opnieuw een jaar tijd.
De Vlaamse regering heeft vanmorgen beslist om een deel van de geplande Oosterweelverbinding te gunnen aan het bouwconsortium Noriant. Het wil die intentie voorleggen aan de Europese Commissie.
Deze beslissing is een non-beslissing, de stap naar Europa een fake operatie. De Europese Commissie geeft immers gegarandeerd een ‘njet’ op deze vraag, want de Commissie kan niet toestaan dat de wet op de openbare aanbestedingen wordt geschonden (zie verder). Die wet is Europese regelgeving omgezet in nationale wetgeving. De Vlaamse regering kan zich hieraan niet onttrekken.
De Vlaamse regering beseft dit. Waarom legt de regering dan toch de vraag/intentie voor aan Europa?
Om drie redenen.
1. Aan de publieke opinie wil de regering tonen dat ze beslissingen neemt in het Oosterweeldossier: het gaat vooruit! Terwijl in werkelijkheid het dossier gewoon stilligt.
2. De politieke partijen willen vermijden dat het Oosterweeldossier een thema wordt bij de gemeenteraadsverkiezingen. Ze weten dat de beslissing van de Europese Commissie een jaar op zich kan laten wachten. Ideaal om het heikele dossier over de gemeenteraadsverkiezingen heen te tillen.
3. Om redenen die voorlopig onbekend blijven wil of durft de Vlaamse regering niet zelf aan Noriant zeggen: dit is het einde van het verhaal, want er komt sowieso een nieuwe openbare aanbesteding. De Vlaamse regering richt zich daarom tot Europa om deze klus te klaren en juridisch sterker te staan in de onderhandelingen met Noriant. De aanbestedingsprocedure wordt inmiddels bevroren, tot de verwachte weigering van Europa binnen komt.
Een formele weigering door Europa vergemakkelijkt de positie van de Vlaamse regering. Aan de publieke opinie kan dan worden gezegd: we willen wel beginnen maar we mogen niet van Europa. Aan Noriant kan worden gezegd: de wetgeving verplicht ons om toch een nieuwe aanbesteding uit te schrijven voor dit bouwproject.
Intussen gebeurt er een jaar niets in het Oosterweeldossier.
De wetgeving op openbare aanbestedingen is duidelijk: je kunt niet in de loop van de procedure en na eliminatie van kandidaat-bouwers een aanbesteding ‘in twee kappen’ en de helft ervan gunnen aan een geprefereerde aanbieder. Dergelijke handelswijze zou neerkomen op een schending van ‘de gelijke behandeling van de inschrijvers’ (Raad van State 14 juni 1985 Wegenfonds nr. 25.472).
In 2004 schreef de overheid een aanbesteding uit voor de hele Oosterweelverbinding. De Vlaamse regering had destijds zelf beslist om het werk niet in loten te gunnen. Het dossier was ‘een en ondeelbaar’: als bouwgroep moest je kandideren voor het volledige bouwproject. Gevolg: enkel grote bouwconsortia kandideerden voor het grote en complexe bouwproject. Kleinere bouwgroepen haakten af evenals de bouwgroepen die zich niet wilden wagen aan het bouwen van het viaduct.
Aannemers die niet deelnamen omdat ze het niet zagen zitten om de Lange Wapper te bouwen, zouden bij gunning van het fundamenteel gewijzigde bouwproject aan Noriant geen kans meer gekregen hebben om zich alsnog aan te melden. Europa zal alleen al daarom de intentie van de Vlaamse regering afkeuren. Bij vrije mededinging moet het gelijkheidsbeginsel nageleefd worden (grondwettelijk art. 10), ook en vooral door overheden. Inschrijvers op een openbare aanbesteding mogen dus niet gediscrimineerd worden.
Diverse bouwgroepen hadden misschien wel gekandideerd wanneer de aanbesteding enkel de bouwwerken op Linkeroever betrof (= wat de regering nu aan Noriant wil gunnen). Dat ‘kleinere’ werk is routinewerk en ook overzichtelijker. Nu moeten die bouwgroepen vaststellen dat ze nooit hebben kunnen kandideren voor het bouwdeel dat de Vlaamse regering aan Noriant wil gunnen. Op die manier worden de regels van de vrije concurrentie geschonden. Precies om dit te vermijden is er de wet op openbare aanbesteding: Europese regelgeving die is omgezet in nationale wetten (federale materie). De Vlaamse regering kan deze wetten niet zomaar naast zich neerleggen, want anders ontstaat de indruk van bedrog of favoritisme bij het toekennen van overheidsopdrachten.
Bovendien kan een overheid ook op het niveau van de vergunningsprocedure niet zomaar na ontvangst van de bouwaanvraag een halve bouwvergunning verlenen. De enige tot hiertoe ingediende bouwaanvraag spreekt nog steeds van een Oosterweelverbinding met Lange Wapper. In mei 2009 diende NV BAM deze bouwaanvraag in. De bouwaanvraag was opgemaakt door het bouwconsortium Noriant.
In september 2010 besliste de regering echter om de Lange Wapper te vervangen door tunnels. Op dat moment viel de reeds ingediende bouwaanvraag zonder voorwerp, want de helft van het bouwproject werd fundamenteel gewijzigd. Vergelijk dit met een gewone burger die een bouwaanvraag indient voor het bouwen van een huis, maar halfweg de procedure beslist om een ander huis te bouwen en vraagt aan de overheid of hij toch al de fundamenten mag bouwen uit de ingediende bouwaanvraag. Geen enkele overheid zal dit toestaan. De burger zal een nieuwe bouwaanvraag moeten indienen. A fortiori werkt dit zo voor een miljardenproject met grote impact op het stedelijke weefsel.
En dan hebben we het nog niet eens over de 17.000 bezwaarschriften tegen de in mei 2009 ingediende bouwaanvraag. Tot dusver bekeek de Vlaamse regering de bezwaarschriften nog niet eens.
Voor stRaten-generaal,
Manu Claeys en Peter Verhaeghe

Geef uw mening via het onderstaande contactformulier